Uitbuiting grijpt diep in op de levens van vaak kwetsbare mensen in de samenleving en heeft op slachtoffers ernstige lichamelijke en psychologische effecten. Criminelen maken inbreuk op de vrijheid en persoonlijke integriteit van mensen, om zichzelf te verrijken. Uitbuiting is geen geïsoleerde vorm van criminaliteit, maar één van de ‘bedrijfsactiviteiten’ van misdadigers. Wij beschouwen uitbuiting daarom ook niet als afzonderlijk verschijnsel, maar in samenhang met andere vormen van criminaliteit.
Medewerkers van onze partnerorganisaties worden in hun dagelijkse praktijk niet alleen bewust, maar vaak ook onbewust geconfronteerd met signalen van uitbuiting. Met dit deelproject moesten aandacht functionarissen mensenhandel van - in eerste instantie - gemeenten uitbuiting beter opmerken en moesten concrete meldingen binnen hun organisaties beter worden opgevolgd.
De oorspronkelijke doelen en resultaten van dit deelproject zijn in 2020 en 2021 behaald. Per gemeente, of cluster van gemeenten, is een aandachtfunctionaris benoemd en opgeleid. De bewustwording onder aandacht functionarissen mensenhandel is versterkt, zodat zij signalen beter herkennen en melden. En voor de gemeenten is een interne meldroute en wijze van registratie en verwerking voor signalen ingericht. De pilot informatieplein mensenhandel, die in samenwerking met het RIEC is uitgevoerd, heeft ervoor gezorgd dat gemeenten en regionale (integrale) casus-aanpak veiligheidshuis/RIEC op elkaar zijn aangesloten Er zijn concrete casussen die zijn aangepakt naar aanleiding van signalen die in de loop van het project zijn binnengekomen en opgepakt.
In 2022 bouwen we voort op de basis die we hebben gelegd en ondersteunen we gemeenten verder bij het invullen van hun bestuurlijke aanpak van mensenhandel, zoals afgesproken in het Interbestuurlijk Programma, een nationaal akkoord waaraan alle gemeenten zich via de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) hebben verbonden. De aandacht ligt daarbij niet alleen op het veiligheidsdomein, maar ook op de andere terreinen waar de gemeente actief is. Denk daarbij aan het sociaal en economisch veld. Doel is de gemeenten in Noord-Holland in staat te stellen in 2022 hun beleid op de aanpak van mensenhandel op orde te hebben.
Landelijk hebben de gemeenten en de politie afgesproken dat het bestuurlijk toezicht op de prostitutiebranche wordt teruggelegd bij de gemeenten. Het toezicht zit daarmee in een overgangsfase. Op dit moment voert de politie het bestuurlijk toezicht op de prostitutiebranche alleen nog op uitdrukkelijk verzoek van gemeenten uit. In dit deelproject creëren we voor de gemeenten in de eenheid Noord-Holland hiervoor de randvoorwaarden en zorgen we voor een goede overgangsperiode.
Op dit moment hebben we als eenheid vooral zicht op de vergunde prostitutie. Daar vinden ook de reguliere controles plaats. Op internet wordt op tal van plekken seksuele dienstverlening aangeboden, zowel vergund als niet-vergund. De ervaring leert dat vooral de niet-vergunde sector kwetsbaar is voor misstanden als uitbuiting. Met dit deelproject willen we beter zicht krijgen op die sector zodat we deze misstanden beter kunnen aanpakken.
Mede onder invloed van de coronacrisis heeft de kwetsbare positie van arbeidsmigranten in Nederland extra aandacht gekregen. Niet alleen werken zij vaak onder slechte omstandigheden, ook met hun huisvesting is het veelal slecht gesteld. Al langer is duidelijk dat het ontbreken van een bekend verblijfsadres de van arbeidsmigranten een belangrijk knelpunt vormt in de aanpak van arbeidsuitbuiting. Hierdoor is vaak niet duidelijk waar en onder welke omstandigheden arbeidsmigranten zich bevinden. Zo blijven niet alleen slachtoffers van uitbuiting, maar ook daders buiten beeld.
We ondersteunen gemeenten bij het nemen van maatregelen ter verbetering van de positie van arbeidsmigranten en tegen arbeidsuitbuiting, bijvoorbeeld op het gebied van huisvesting en rechten en plichten van arbeidsmigranten.
Daarnaast onderzoeken we in hoeverre specifieke indicatoren op het gebied van huisvesting een voorspeller kunnen zijn voor een mogelijke situatie van arbeidsuitbuiting. We nemen niet de arbeidsomstandigheden en het toezicht daarop als startpunt van de aanpak, maar juist de huisvestingssituatie.
Uit onderzoek blijkt dat mensen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) zijn oververtegenwoordigd in het strafrecht. Ze zijn vaak niet alleen dader van een strafbaar feit, maar ook slachtoffer van criminele uitbuiting. Onderzoek van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel toont dat jongeren, hun naaste omgeving en professionals onvoldoende bewust zijn van deze vorm van mensenhandel en daar te weinig over weten. Om hun de juiste hulp te bieden én de daders van uitbuiting aan te pakken, is het van belang potentiële slachtoffers bewust te maken en handvatten te geven hoe gehandeld kan worden als ze in een uitbuitingssituatie terecht dreigen te komen.
Met dit deelproject willen we criminele uitbuiting voorkomen. Dit doen we door professionals kennis te geven en door (potentiële) slachtoffers van criminele uitbuiting weerbaarder te maken en handelingsperspectief te bieden. We richten ons hierbij specifiek op jongeren met een LVB, hun ouders, docenten (naaste omgeving), zorgprofessionals en politie.